In-vitrofertilisatie (IVF) is voor de meeste paren een proces van twee maanden. Om een goede cohort van synchroon ontwikkelende eicellen te bereiken, worden in de maand voorafgaand aan de stimulatie van de eierstokken met gonadotropine-medicijnen vaak anticonceptiepillen gebruikt. Het is aangetoond dat dit het aantal eicellen van goede kwaliteit en dus het aantal zwangerschappen voor de meeste patiënten maximaliseert. Er bestaan echter alternatieve protocollen met minder medicatie voor hoofdzakelijk twee groepen patiënten.
Vrouwen met een normale eierstokfunctie
De eerste groep omvat vrouwen met een normale eierstokfunctie die minder medicatie wensen te gebruiken en geen groot aantal eicellen wensen te verkrijgen in een bepaalde cyclus. In deze groep worden geen anticonceptiepillen gegeven en worden de gonadotropine-medicijnen later dan gebruikelijk in de cyclus gestart. De eisprong wordt voorkomen door het gebruik van een GnRH-antagonist. Beide medicaties worden als dagelijkse injecties toegediend, waarbij het totale aantal dagen minder is dan bij conventionele IVF. Er zijn dus minder controledagen (echografieën en bloedonderzoeken) nodig. Het risico op hyperstimulatie is ook kleiner. Er worden over het algemeen minder eicellen teruggehaald, wat het doel is van dit protocol. De kwaliteit van de eicellen en embryo’s is meestal zeer goed. Omdat er minder embryo’s beschikbaar zijn om uit te kiezen voor de transfer, zijn de zwangerschapspercentages lager dan bij standaard IVF. Voor vrouwen die minder medicijnen per cyclus willen gebruiken en minder eicellen willen laten winnen en die bereid zijn meerdere IVF-cycli te doorlopen om een zwangerschap te bereiken, biedt dit protocol echter deze mogelijkheid. Dit type protocol wordt niet geschikt geacht voor paren die intracytoplasmatische sperma-injectie (ICSI) nodig hebben, omdat voor dat type cyclus rijpere eicellen nodig zijn.
Vrouwen die weinig reageren op medicatie
De tweede groep bestaat uit vrouwen die weinig reageren op medicatie. Zij hebben meestal weinig antrale (rustende) follikels in hun eierstokken en kunnen hoge basale FSH-spiegels hebben. Het medicatieprotocol voor deze vrouwen bestaat uit clomifeencitraat gedurende 5 dagen, gevolgd door een lage dosis gonadotropinen gedurende ongeveer 5 dagen, samen met een GnRH-antagonist om de ovulatie te voorkomen. In het algemeen worden 3 tot 4 rijpe eicellen verkregen, een aantal dat vergelijkbaar is met een hoge dosis medicatie bij deze vrouwen; de patiënte moet echter voorbereid zijn op het afbreken van de cyclus als zich geen rijpe follikels ontwikkelen. Er is minder frequente controle nodig (gewoonlijk twee tot drie echografieën en bloedonderzoeken) in vergelijking met een protocol met een hogere dosis. Als er twee embryo’s beschikbaar zijn voor de transfer, is aangetoond dat het zwangerschapspercentage bij deze vrouwen gelijk is aan dat van stimulatieprotocollen met een hogere dosis.
Beide protocollen worden aangeboden in het Northern California IVF Fertility Center, voor die paren die een minimaal stimulatieprotocol wensen en die medisch gezien goede kandidaten zijn voor deze.