Jacksoniaanse aanval: Een vorm van epilepsie waarbij een kortstondige verandering in beweging, gevoel of zenuwfunctie optreedt, veroorzaakt door abnormale elektrische activiteit in een gelokaliseerd gebied van de hersenen. Jacksoniaanse aanvallen zijn een vorm van eenvoudige complexe aanvallen waarbij de abnormale elektrische activiteit gelokaliseerd is in één gebied in de hersenen. Aanvallen van dit type veroorzaken gewoonlijk geen verandering in het bewustzijn of de waakzaamheid. Ze zijn voorbijgaand, vluchtig en kortstondig.
Jacksoniaanse aanvallen zijn zeer gevarieerd en kunnen bijvoorbeeld gepaard gaan met schijnbaar doelbewuste bewegingen zoals het draaien van het hoofd, oogbewegingen, smakken met de lippen, mondbewegingen, kwijlen, ritmische spiersamentrekkingen in een deel van het lichaam, abnormale gevoelloosheid, tintelingen, en een kruipend gevoel over de huid.
Deze aanvallen zijn genoemd naar de Engelse neuroloog, John Hughlings Jackson, die spraakstoornissen bij hersenaandoeningen bestudeerde en de plaats in de hersenen van het spraakcentrum (“Broca’s centrum”) bevestigde. Hij beschreef in 1863 wat tegenwoordig Jacksoniaanse aanvallen worden genoemd en vond in 1875 de gebieden in de hersenen die deze aanvallen veroorzaakten. Jackson was een van de grote figuren van de 19e-eeuwse geneeskunde, een van de “grote mannen van de geneeskunde”. (Er waren weinig of geen vrouwen in de geneeskunde in de 19e eeuw.)
QUESTION
Als u een aanval hebt gehad, betekent dit dat u epilepsie hebt. Zie antwoord