Er zijn enkele feiten die we weten over Jezus’ aardse familie. Zijn ouders heetten Jozef en Maria.
Jozef
Jozef was de echtgenoot van Maria, maar niet de biologische vader van Jezus. Het Nieuwe Testament maakt dit heel duidelijk.
Dit is hoe de geboorte van Jezus Christus tot stand kwam: Zijn moeder Maria was toegezegd om met Jozef getrouwd te zijn, maar voordat zij samenkwamen, bleek zij door de Heilige Geest zwanger te zijn (Mattheüs 1:18).
De Bijbel zegt ook.
Maar hij had geen verbintenis met haar totdat zij een zoon baarde. En hij gaf hem de naam Jezus (Mattheüs 1:25).
Er zijn niet veel feiten over Jozef opgetekend in de vier evangeliën. Hij wordt alleen genoemd met betrekking tot de gebeurtenissen rond Jezus’ geboorte, vlucht naar Egypte, terugkeer naar Galilea. We vinden dat Jozef de Heer zonder vragen gehoorzaamde gedurende deze tijd.
De episode in de tempel
De enige andere verwijzing naar hem is de episode betreffende Jezus die in de tempel les gaf toen hij twaalf jaar oud was.
Iedereen die hem hoorde was verbaasd over zijn inzicht en zijn antwoorden. Toen zijn ouders hem zagen, waren zij stomverbaasd. Zijn moeder zei tegen hem: “Zoon, waarom heb je ons zo behandeld? Je vader en ik hebben je angstvallig gezocht.” “Waarom zochten jullie mij?” vroeg hij. “Wist je niet dat ik in het huis van mijn Vader moest zijn?” (Lucas 2:47-50).
Het is interessant op te merken, dat Jozef in dit verslag niet bij name genoemd wordt, noch is er een verslag van hem, die iets tegen Jezus zegt. Het verslag spreekt over Jezus’ ouders. Maria noemt Jozef “Jezus’ vader”, maar Jezus corrigeert haar wanneer Hij benadrukt wie zijn echte Vader is. Dit is het laatste wat we over Jozef horen.
Jozef was niet aanwezig bij Jezus’ openbare bediening
Van Jozef wordt niet vermeld dat hij aanwezig was toen Jezus met Zijn openbare bediening begon. Hij schittert door afwezigheid. Bijna iedereen is het erover eens dat hij gestorven was vóór de tijd dat Jezus Zich aan de wereld openbaarde. Wij weten niets van de omstandigheden rond zijn dood.
Is zijn dood een aanwijzing?
Er kan een aanwijzing in de Schrift zijn dat Jozef de openbare bediening van Jezus nooit zou meemaken. Toen de oudere man Simeon tot Jozef en Maria sprak over hun pasgeboren zoon, vinden we het volgende gezegd.
De vader en moeder van het kind verwonderden zich over wat er over hem gezegd werd. Toen zegende Simeon hen en zei tegen Maria, zijn moeder: “Dit kind is bestemd om velen in Israël te doen vallen en opstaan, en om een teken te zijn waarover gesproken zal worden, zodat de gedachten van vele harten openbaar zullen worden. En een zwaard zal ook uw eigen ziel doorboren” (Lucas 2:33-35).
Hij voorspelde dat een zwaard Maria’s ziel zou doorboren aangaande Jezus, maar Simeon zei niets over Jozef. Dit kan een aanwijzing zijn dat Jozef er niet bij zou zijn om te zien hoe Jezus verworpen en gekruisigd zou worden door de mensen die Hij kwam redden.
De aankondiging aan Maria
Maria was de vrouw van Jozef en de biologische moeder van Jezus. Toen zij nog maagd was, verscheen de engel Gabriël aan Maria en kondigde de geboorte van Jezus aan.
In de zesde maand nu werd de engel Gabriël door God gezonden naar een stad in Galilea, Nazareth genaamd, naar een maagd die verloofd was met een man, wiens naam Jozef was, uit het nageslacht van David; en de naam van de maagd was Maria. En toen hij binnenkwam, zei hij tegen haar: “Gegroet, begenadigde! De Heer is met u.” Maar zij was zeer verbijsterd over deze uitspraak, en bleef zich afvragen wat dit voor een begroeting was. De engel zei tot haar: “Wees niet bang, Maria, want je bent bij God in de gunst gekomen. “En zie, gij zult zwanger worden in uw schoot en een zoon baren, en gij zult hem Jezus noemen. “Hij zal groot zijn en de Zoon van de Allerhoogste genoemd worden; en de Here God zal hem de troon van zijn vader David geven; en hij zal voor altijd heersen over het huis van Jakob, en aan zijn koninkrijk zal geen einde komen.” Maria zei tot de engel: “Hoe kan dit, daar ik maagd ben?” De engel antwoordde en zei tegen haar: “De Heilige Geest zal over u komen en de kracht van de Allerhoogste zal u overschaduwen; en daarom zal het heilige kind de Zoon van God genoemd worden. “En zie, ook uw verwante Elizabeth heeft een zoon verwekt in haar ouderdom; en zij die onvruchtbaar werd genoemd, is nu in haar zesde maand. “Want niets zal onmogelijk zijn bij God.” En Maria zeide: Zie, de slavin des Heren, moge mij geschieden naar uw woord. En de engel ging van haar weg (Lucas 1:26-38).
Het lied van Maria
Er is het lied van Maria opgetekend in het evangelie van Lucas (Lucas 1:46-55) waarin Maria God prijst om Zijn trouw.
En Maria zeide: “Mijn ziel verheft de Heer, en mijn geest heeft zich verblijd in God, mijn Heiland” (Lucas 1:46,47).
Zij voorspelde terecht dat zij van toen af gezegend zou worden genoemd.
Want Hij heeft acht geslagen op de nederige staat van zijn slavin; want zie, van nu aan zullen alle geslachten mij gezegend achten (Lucas 1:48).
Maria was aanwezig bij Jezus’ eerste wonder
Op de plaats van Jezus’ eerste wonder is Maria aanwezig.
Op de derde dag vond te Kana in Galilea een bruiloft plaats. Jezus’ moeder was erbij, en Jezus en zijn discipelen waren ook uitgenodigd op de bruiloft. Toen de wijn op was, zei Jezus’ moeder tegen hem: “Ze hebben geen wijn meer.” “Lieve vrouw, waarom betrek je mij daarbij?” antwoordde Jezus. “Mijn tijd is nog niet gekomen.” Zijn moeder zei tegen de bedienden: “Doe wat hij jullie zegt.
Maria was bij één gelegenheid bij Jezus’ broers en zusters
Er is een verslag van Maria die bij Jezus’ broers en zusters was.
Toen zijn familie dit hoorde, gingen zij zich over hem ontfermen, want zij zeiden: “Hij is buiten zinnen” (Marcus 3:21).
Het is mogelijk dat het Jezus’ familie was, en niet de menigte, die dacht dat Jezus waanzinnig was. We zien zijn familie proberen met Hem te spreken.
Toen kwamen Jezus’ moeder en broers. Buiten staande, stuurden zij iemand naar binnen om Hem te roepen. Een menigte zat om Hem heen, en zij zeiden tot Hem: “Uw moeder en uw broeders zijn buiten om U te zoeken.” “Wie zijn mijn moeder en mijn broers?” vroeg hij. Toen keek hij naar degenen die in een kring om hem heen zaten en zei: “Hier zijn mijn moeder en mijn broers! Wie de wil van God doet, is mijn broer en mijn zus en mijn moeder” (Marcus 3:31-34).
Maria was aanwezig bij de kruisiging
Zij was aanwezig bij Jezus’ kruisiging.
Bij het kruis van Jezus stonden zijn moeder, de zuster van zijn moeder, Maria de vrouw van Clopas, en Maria Magdalena. Toen Jezus daar zijn moeder zag staan en de discipel, die hij liefhad, zei hij tot zijn moeder: “Lieve vrouw, hier is je zoon”, en tot de discipel: “Hier is je moeder”. Vanaf die tijd nam deze discipel haar in huis (Johannes 19:25-27).
Zij was in de opperzaal na Jezus’ hemelvaart
Het laatste wat wij van Maria horen is bij Jezus’ discipelen in de opperzaal
Zij allen waren voortdurend samen in gebed, samen met de vrouwen en Maria, de moeder van Jezus, en met zijn broers (Handelingen 1:14).
Hier wordt zij de moeder van Jezus genoemd. Hierna wordt Maria niet meer genoemd in het Nieuwe Testament. Wij weten niets met betrekking tot de omstandigheden van haar dood.
Er ontstonden veel fantasievolle verhalen over Maria
Na de tijd van het Nieuwe Testament zijn er veel fantasievolle verhalen over Jozef en Maria geschreven. De enige feiten over hun leven waarvan we zeker kunnen zijn, zijn die welke in het Nieuwe Testament zijn opgetekend.
Samenvatting
We weten enkele details over Jezus’ familie. De naam van zijn moeder was Maria. Zij was getrouwd met Jozef. Jozef was niet de eigenlijke vader van Jezus, maar adopteerde Hem bij Zijn geboorte. Jezus werd verwekt door de Heilige Geest. Jozef was alleen prominent aanwezig in de verhalen over Jezus’ geboorte, vlucht naar Egypte, en terugkeer. Hij wordt genoemd in het verhaal van Jezus en de tempel. We weten niets van de omstandigheden van Jozefs dood. Er kan een hint zijn van zijn dood vóór de openbare bediening van Jezus in de woorden van Simeon. Hij was er niet toen Jezus in zijn openbare dienst trad. Maria wordt bij bepaalde gelegenheden genoemd tijdens Jezus’ bediening.
Maria was maagd toen de engel haar aankondigde dat zij de Messias ter wereld zou brengen. Zij speelt een belangrijke rol in het geboorteverhaal van Jezus. Er zijn maar een paar andere gelegenheden waar zij genoemd wordt. Zij is op de bruiloft van Kana in Galilea wanneer Jezus het water in wijn verandert. Maria is ook bij de broers en zusters van Jezus wanneer zij met Hem willen spreken buiten de menigte om. Zij was er bij Zijn eerste wonder, probeerde Hem op een gegeven moment apart te nemen, en was er bij Zijn kruisiging. Na de dood van Jezus werd zij opgenomen in het huis van de apostel Johannes. De laatste vermelding van haar in het Nieuwe Testament is vóór Pinksteren, waar zij samen met de andere discipelen is.